Sinds 1990 heeft Eulàlia Valldosera (Vilafranca del Penedès, Barcelona, 1963) een oeuvre van ongewone schoonheid ontwikkeld. Haar installaties, waarin licht, schaduw, spiegeling en beweging een hoofdrol spelen, bieden een rijke verzameling van droomachtige momenten met als onderwerp het vrouwelijke lichaam, de huiselijke intimiteit en de alledaagse objecten en plekken die deze intimiteit scheppen.

Een steeds terugkerend thema in de werken van Eulàlia Valldosera (Spanje, 1963) zijn de archetypen van vrouwelijkheid: de huiselijke omgeving, het moederschap, de schoonheid van het lichaam en de mannelijke blik hierop. Als een reactie op het kunstobject als onderdeel van de commerciële markteconomie, zag Valldosera zich genoodzaakt haar eigen lichaam als het enig mogelijke instrument voor haar werk te beschouwen. Bovendien voelde Valldosera met name in Europa een taboe rond deze lichamelijkheid, het taboe van vlees, seks, ziekte en dood.

Op de benedenverdieping van de tentoonstelling staat het vrouwelijk lichaam dan ook centraal. Het lichaam dient hier als identificatiemiddel, als onderwerp van schoonheid, voortplanting, van vervuiling en verval, maar ook als vleselijke machine die gereinigd en gevoed moet worden.

Op de bovenverdieping verplaatst de aandacht voor het lichaam zich naar de voorwerpen die het omringen. Valldosera tracht een iconografie van het alledaagse te ontwerpen, die zij aan het licht brengt door middel van projecties, reflectie en een bijzondere samenhang tussen de gekozen middelen. Theatrale schoonheid en alledaagse lelijkheid komen in haar installaties samen en vormen de basis voor de verschillende betekenislagen die in haar werken verborgen liggen. Persoonlijke identiteit wordt afgewisseld met de anonimiteit van voorwerpen en architectuur.

Works 1990 -2000 is een co-productie van Witte de With met het Fundació Antoni Tàpies in Barcelona.